VOORWOORD

De inspiratie tot het schrijven van dit boek kreeg ik op een warme dinsdag middag op het werk. We schrijven dan augustus 1990. Tijdens die middag liep een van mijn vrouwelijke collega te zeuren over de hoogte van een bureau, waardoor zij rugpijn kreeg.

Om van het gezeur af te zijn begon mijn werkgever met een meetlat eventuele maat verschillen in hoogte te controleren, en tot ons aller spijt had die bewuste collega toch gelijk, er was inderdaad bij verschillende bureaus hoogte verschil. Tegen mijn werkgever maakte ik de opmerking "dan koopt ze maar een corseletje tegen de rugpijn" deze opmerking sloeg al aardig in. Waarop ik verder grapte,"als jonge vrouwen nu al zo kunnen zeuren, beginnen ze al aardig op een schoonmoeder te lijken". (hier is reeds de eerste mop) Deze grap sloeg dus veel beter in, waardoor ik tegen een van mijn directe collega het idee opperde om een schoonmoeder moppen boek te gaan maken.

Wel dan hier de eerste moppen.

001

Ik loop op een gegeven moment bij een begraafplaats waar
mijn aandacht wordt getrokken door een wel hele speciale
begrafenis stoet.
Allereerst de bekende grote zwarte auto met kist, daar
achter liep een vrij groot gezin met in de achterhoede
een vrij grote man met een hond aan de lijn.
Vermoedelijk van het ras "Haagse puienzeiker".
Op een paar meter daar weer achter een stoet kerels, ik
schat een paar honderd.
Door mijn nieuwsgierigheid schoot ik de man met de hond aan
en vroeg hem waarom hij zijn hond meenam naar een
begrafenis, desgevraagd begon de man uit te leggen dat in de
zwarte auto zijn overleden schoonmoeder lag.
En de hond aan zijn arm had deze arme vrouw doodgebeten.
Op mijn vraag wat de stoet kerels daar achter dan betekende
antwoordde de man die, o die willen allemaal mijn hond een
dagje lenen.

002

Moos rent in grote paniek naar zijn vriend Sam aan de
overkant van de straat.
Belt aan en schreeuwt naar boven, "Sam vlug kom me helpen
want me schoonmoeder wil uit het raam springen".
Waarop Sam antwoord: "nou en jouw een zorg".
Ja maar schreeuwde Moos weer in paniek: "we krijgen het raam
niet open !".

003

Ik zit met de hele familie te eten in een groot
restaurant, inclusief schoonmoeder.
Op een goed moment zegt mijn schoonmoeder tegen mij, "zeg
die man daar", wijzend naar een tafel drie plaatsen achter
ons, "hij zit steeds maar naar mij te kijken.
Wat zou hij van me willen"?
Waarop mijn zwager antwoord: "O die man die ken ik die is
antiquair van beroep".!

004

Vraag:Wat hebben een Boeiing 747 en een onechte blonde
schoonmoeder gemeen?
Andwoord:Een zwarte doos.!

005

Twee zwagers telefoneren met elkaar, zegt de een tegen de
ander, onze schoonmoeder is overleden!
Wat zullen we doen begraven of cremeren?
Zegt de ander: beide zekerheid voor alles.

006

Een man zit met zijn schoonmoeder in de kroeg.(haast een
ondenkbare situatie maar ter wille van de mop moet het maar)
De man is al aardig beschonken en zegt tegen haar, "mens wat
ben je toch lelijk".
Waarop zij zegt, "ja en wat ben jij toch dronken".
de man weer, "ja maar dat is morgen over".

007

Mijn schoonmoeder vind dat ik verwijfd ben.
Vergeleken met haar ben ik dat misschien ook wel.

008

"Dus dokter u denkt werkelijk dat mijn schoonmoeder het
alsnog redt?"
"Daar ben ik stellig van overtuigd".
"Mijn god, weet u dan soms iemand die een grafzerk wil
kopen".

009

Mijn schoonmoeder geeft een party. En zij vraagt aan een van
de gasten, een psychiater: "hoe ontdekt u nu of iemand
achterlijk is?"
"Ach, heel eenvoudig, ik stel hem een simpele vraag.
Bijvoorbeeld: Kapitein Cook maakte drie wereld reizen.
Op welke daarvan stierf-ie?"
Zegt mijn schoonmoeder nerveus. "Moeten het perse
historische vragen zijn..?"

010

Mien, een fors gebouwde schoonmoeder, is de stoep voor haar
huisje aan het vegen.
Komt de postbode langs en die zegt: "Nou mevrouw daar zit
ook niet veel haar meer op".
"Lieve deugt!, roept preutse Mien verschrikt.
Staat mijn schort open? !"

011

Volgens mijn schoonmoeder is mijn ideale beeld van een
vrouw, een blonde beeldschone nymfomane doofstomme jonge meid met
een eigen drankzaak en geen moeder.

012

"Mijn schoonmoeder is een engel", zegt de man tegen de
figuur naast hem aan de bar.
"Dan heb je mazzel." Antwoordt deze. "De mijne leeft nog".

013

Jongen: "Wie was eigenlijk de schoonmoeder van Adam vader"?
"Adam had geen schoonmoeder jongen. Hij leefde dan ook in
het Paradijs".

014

Man komt een bar binnen en roept: "Ik heb vreselijke zin in
iets langs koud en vol met Gin!"
Aanschoten bezoeker aan de andere zijde van de bar:
"Als je dat wilt kun je het adres van mijn schoonmoeder wel
krijgen".!

015

Na zes facelifts komt mijn schoonmoeder weer bij de
plastisch chirurg voor nog een facelift.
De chirurg stuurt haar onverrichte zaken huiswaarts, met de
mededeling: "Mevrouw als ik u nogmaals moet opereren, dan
wordt u wakker met een snor".

016

De eene buurman tegen de andere: "Mag ik even je flesopener
lenen"? Antwoord: "Dat zal niet gaan, mijn schoonmoeder ligt
nog op bed".

017

Mijn schoonvader belt het krankzinnige instituut op en
vraagt op een toon die verontrusting verraadt of er
misschien een mannelijke patiënt ontsnapt is.
De directeur bezweert mijn schoonvader dat zulks beslist niet het
geval is, en vraagt naar het waarom.
Waarop mijn schoonvader fijntjes repliceerde dat zijn vrouw
met een andere vent aan de haal is.

018

Mijn schoonmoeder (oerlelijk zoals alle schoonmoeders) stapt
een kroeg binnen met op haar schouder een papegaai.
"Wie raadt wat ik op mijn schouder heb, mag met me naar bed,"
roept ze enthousiast naar de mannelijke aanwezigen.
Een doodde stilte daalt neer in het café.
De mannelijke aanwezigen houden hun gedachte voor zich.
Een man vindt het toch wel zielig voor mijn schoonmoeder en
doorbreekt het zwijgen: "Eh...een krokodil?"
"Nou, "zegt mijn schoonmoeder, "voor deze keer reken ik het
goed!"

019

Mijn schoonvader stapt een bordeel in en overhandigt de
Madam een rolletje bankbiljetten. "Ik wil de slechtste die
je in huis hebt, "zegt hij.
"Maar meneer, voor dit bedrag kunt u de allerbeste hebben!"
"Mevrouw ik ben niet geil, ik heb heimwee."

020

Een schoonmoeder uit Driesen
is zo zwaar behaard in de liezen,
dat haar eigen heer,
bij het geslachtelijk verkeer,
er zijn weg in dreigt te verliezen.